Transgenderzorg op de Meerjarenagenda Kwaliteit
Nieuwsbericht
11-10-2021
17:00
Zorginstituut Nederland heeft het onderwerp Transgenderzorg op de Meerjarenagenda Kwaliteit voor 2022 geplaatst.
Op de Meerjarenagenda staan onderwerpen waarvoor partijen in de zorg met voorrang kwaliteitsstandaarden en meetinstrumenten gaan ontwikkelen.
In kwaliteitsstandaarden beschrijven partijen wat goede zorg is. Dit doen zij om de kwaliteit van zorg te bevorderen en inzichtelijk te maken.
Over transgenderzorg
Transgenderzorg is relatief nieuwe zorg die sterk in ontwikkeling is. Daarom gaan partijen de bestaande kwaliteitsstandaard Transgenderzorg - Somatisch uit 2019 verder ontwikkelen. Met dat doel staat sinds 1 oktober 2021 de kwaliteitsstandaard Transgenderzorg op de Meerjarenagenda. De uiterste opleverdatum is 1 augustus 2023.
De huidige standaard bevat modules over indicaties, behandelingen en organisatie van zorg. Partijen gaan hiervan in ieder geval de volgende 4 onderwerpen evalueren op actualiteit en mate van implementatie:
1. De ontwikkelingen rond 'depathologisering' van genderincongruentie (evaluatie actualiteit). Dit betekent dat genderincongruentie niet meer gezien of behandeld wordt als een mentale stoornis of een geestelijke ziekte.
2. De follow-up van de hormoonbehandeling bij de huisarts (evaluatie implementatie).
3. Nazorg na geslachtsbevestigende behandelingen of ingrepen (evaluatie actualiteit).
4. De ontwikkeling en groei van netwerken voor transgenderzorg (evaluatie implementatie).
Ook kunnen de betrokken veldpartijen inbrengen of zij andere aanpassingen of uitbreidingen van de kwaliteitsstandaard nodig vinden.
Over de Meerjarenagenda Kwaliteit
Met de Meerjarenagenda (MJA) stimuleert het Zorginstituut de continue kwaliteitsverbetering in de gezondheidszorg. Door het ontwikkelen van kwaliteitsstandaarden en bijbehorende meetinstrumenten zorgen veldpartijen ervoor dat iedereen in Nederland kan zien welke kwaliteit van de geleverde zorg mensen mogen verwachten. Het Zorginstituut neemt afgeronde kwaliteitsproducten op in het Register, opdat iedereen in de zorg ermee gaat werken.
Bron: Zorginstituut nederland
Geactualiseerd op 22 februari 2024