Mondzorg voor ouderen - Polyfarmacie
Kwaliteitsstandaard
Mondzorg
In deze praktijkrichtlijn wordt beschreven bij gebruik van welke medicamenten mondzorgverleners alert moeten zijn op problemen rond xerostomie (gevoel van droge mond) en/of hyposialie (objectief vastgesteld tekort aan speeksel), welke beleidsmaatregelen hierbij aanbevolen worden en hoe hierover gecommuniceerd zou moeten worden. Deze richtlijn is bedoeld voor tandartsen, tandarts-specialisten en mondhygiënisten.
Omschrijving
Veel oudere mensen hebben te maken met meerdere chronische ziekten (multimorbiditeit). Vanwege de multimorbiditeit gebruiken deze ouderen vaak diverse medicijnen tegelijkertijd (polyfarmacie). Veel medicijnen hebben ongewenste bijwerkingen, die weer worden bestreden met andere medicijnen. Twee van die bijwerkingen bij ouderen die relevant zijn voor de mondzorg, zijn xerostomie en hyposialie. Xerostomie is het gevoel van een droge mond. Hyposialie is een objectief vastgesteld tekort aan speeksel. Xerostomie en/of hyposialie kunnen de mondgezondheid van ouderen verminderen, bijvoorbeeld door het optreden van gaatjes.
De ‘Klinische praktijkrichtlijn Xerostomie en hyposialie gerelateerd aan medicatie en polyfarmacie’ beschrijft:
- bij welke medicijnen mondzorgverleners alert moeten zijn op problemen rond xerostomie en/of hyposialie;
- welke beleidsmaatregelen hierbij aanbevolen worden, onder andere frequentie van preventief onderzoek en het gebruik van speekselsubstituten en speekselstimulantia;
- hoe hierover gecommuniceerd moet worden met de patiënt en met overige zorgverleners.
Beoordeling door Zorginstituut Nederland
Uit de toets die door het Zorginstituut is uitgevoerd blijkt dat de kwaliteitsstandaard voldoet aan de eisen van het Toetsingskader. Alle relevante partijen zijn betrokken geweest. Het is niet nodig gebleken partijen uit te sluiten. Alle betrokken partijen van de richtlijn ontwikkelcommissie onderschrijven de kwaliteitsstandaard. De volgende partijen hebben afgezien van inhoudelijk commentaar tijdens de commentaarronde: Actiz, Seniorenorganisatie KBO-PCOB, NHG en Verenso.
De kwaliteitsstandaard bevat een adequate beschrijving van de inhoud van zorg en de organisatie van het zorgproces. Beslisbomen zijn minder relevant omdat de kwaliteit van zorg in deze kwaliteitsstandaard expliciet betrekking heeft op kennis van zaken bij de mondzorgverlener en het actief betrekken van de patiënt door de mondzorgverlener in relatie met de huisarts en apotheker zoals in uitgangvraag 4 aan de orde komt. Er is op dit moment geen informatie bekend waaruit zou blijken dat de kwaliteitsstandaard inconsistent is met andere kwaliteitsstandaard uit de mondzorg.
Er is een cliëntenversie en een samenvatting aanwezig. In april 2026 wordt door het KIMO bekeken of de kwaliteitsstandaard herzien moet worden.
De meetinstrumenten behorende bij deze kwaliteitsstandaard (criterium 5) ontbreken nog, maar hiervoor heeft het KIMO een tijdspad geformuleerd. Conform de data op de MJA zullen de definitieve meetinstrumenten op 1-10-2022 aangeboden worden voor het Register.
De Kwaliteitsraad geeft met betrekking tot deze kwaliteitsstandaard het KIMO het volgende mee:
"De Kwaliteitsstandaard wordt redelijk eenzijdig aangevlogen. Het is een gemiste kans voor discipline overstijgend kwaliteitsbeleid. Naast mondzorgverleners zouden ook huisartsen en medisch specialisten die de medicatie voorschrijven en wijkverpleging/thuiszorgmedewerkers die de gevolgen kunnen signaleren van dit probleem bewust moeten zijn."